François du Quesnoy

Birth 1597
- Death 1643
François du Quesnoy
Biography

François du Quesnoy is een in Brussel geboren beeldhouwer en tekenaar en stamt uit een kunstenaarsfamilie. Zijn vader en leermeester is de beeldhouwer Hieronymus du Quesnoy I (Circa 1570-1641-1642). du Quesnoy is de broer van de beeldhouwer en architect Jerôme du Qesnoy II (1602-1654).

du Quesnoy werkt bijna zijn gehele loopbaan in Rome en staat er bekend als Franceso Fiammingo. De kunstenaar behartigt er de belangen van de Vlaamse kolonie en is lid van de Academia di San Luca en van de elitaire Virtuosi al Pantheon. Du Quesnoy woont in hetzelfde huis als Nicolas Poussin (1594-1665).

In het begin van zijn carrière maakt du Quesnoy kleine beeldjes voor de vrije markt en restaureert antieke sculpturen. Hij zou beroemde werken zoals de Rondanini Faun (Victoria and Albert Museum, Londen) onder handen genomen hebben. De beeldhouwer maakt kleinschalige kopieën naar bekende werken zoals de Torso Belvedere en de Laocoön en staat bekend om zijn talent om kinderen te beeldhouwen, waardoor hij de naam krijgt een puttikunstenaar te zijn. Romeinse connaisseurs zijn geïnteresseerd in de jonge du Quesnoy die onder de invloed van het patronaat van de familie Barberini komt. Hij heeft contact met Cassiano dal Pozzo, secretaris van kardinaal Francesco Barberini voor wie hij het bas-reliëf De slaap van Silenus maakt. (Eigenhandige bronzen kopie aanwezig in het Rubenshuis, Antwerpen)

De beeldhouwer du Quesnoy is een belangrijke vertegenwoordiger van de classicistische en monumentale tak van de barok die in Rome vanaf de jaren 1620 succes kent. Deze kunstenaars, onder wie Domenichino de belangrijkste is, volgen het voorbeeld van de Bolognees Annibale Carracci (1560-1609).

Du Quesnoy assisteert Gianlorenzo Bernini (1598-1680) bij diens monumentale baldakijn in de Sint-Pietersbasiliek in Rome. Hij is verantwoordelijk voor de putti. Bernini zorgt ook voor de opdracht van de Heilige Andreas, een van de 4 sculpturen in een nis aan de voet van de pijlers onder de koepel van de Sint-Pietersbasiliek. Deze prestigieuze opdracht duidt op de renommee van de kunstenaar in Rome, toentertijd het epicentrum van de kunst.

Du Quesnoy is ook onderlegd in het vervaardigen van gestileerde en tijdloos ogende portretbustes, waarin hij aandacht schenkt aan de realistische stofweergave.

Du Quesnoy heeft de mogelijkheid om directeur van het departement beeldhouwkunst van de nog op te richten Franse academie te worden, maar zijn vroegtijdige dood verhindert dit. In 1633 wordt François Duquesnoy uitgeroepen tot de op een na bekwaamste beeldhouwer in Rome, na Bernini.

 

1597

François du Quesnoy wordt in Brussel geboren.

1618

Vader Hieronymus du Quesnoy I vraagt een beurs aan bij aartshertog Albert voor het werk dat zijn zoon François mee helpt uitvoeren voor het Brusselse hof.

AUGUSTUS 1618

Met de beurs van aartshertog Albert trekt François samen met zijn broer Jerôme du Quesnoy II naar Rome. Naar verluidt gaan de broers na een onenigheid uit elkaar.

1621

Aartshertog Albrecht sterft. Dit betekent de stopzetting van de vergoeding voor du Quesnoy. De kunstenaar beslist om in Rome te blijven, maar ziet zich genoodzaakt om in het atelier van Claude Poussin (gestorven 1661) te arbeiden. De restauraties van antieke sculpturen brengt men ook in verband met het kwijtspelen van de vergoeding en de noodzaak om zijn inkomsten elders te zoeken.

1627

Het Romeinse gilde van de bakkers bestelt bij Du Quesnoy een Heilige Suzanne voor de kerk van Santa Maria di Loreto. De kunstenaar werkt het beeld, dat lof oogst bij zijn tijdgenoten, af tussen 1629 en 1633.

1627-1628

Du Quesnoy komt voor het eerst met Gianlorenzo Bernini in contact. Hij helpt hem bij het vervaardigen van de engelen van het baldakijn in de Sint-Pietersbasiliek in Rome.

1629-1639

Bernini is, in opdracht van paus Urbanus VIII, verantwoordelijk voor de opdracht van de Heilige Andreas, een van de 4 monumentale sculpturen in een nis aan de voet van de pijlers onder de koepel van de Sint-Pietersbasiliek in Rome. De andere kunstenaars zijn Bernini (Heilige Longinus), Andrea Bolgi (1605-1656) (Heilige Helena) en Francesco Mochi (1580-1654) (Heilige Veronica). Andreas' pose is beheerst, maar het beeld oogt barokker dan verwacht wordt van du Quesnoy. Daarvoor moet gewezen worden op Bernini's leiding.

1633

Via Pietro Pescatore, of De Visschere zoals deze Vlaming eigenlijk heet, krijgt du Quesnoy de opdracht om een funerair monument voor Ferdinand van den Eynde te maken. (Santa Maria dell'Anima, Rome). Pescatore stelt du Quesnoy voor aan verschillende kunstkenners, onder wie waarschijnlijk Filippo Colonna. Voor Colonna maakt Duquesnoy een ivoren crucifix, dat later in het bezit komt van paus Urbanus VIII. De paus bestelt vervolgens nog 2 werkjes.

In dit jaar wordt de kunstenaar uitgeroepen tot beste beeldhouwer van Rome, na Bernini.

1639

Samen met Poussin wordt du Quesnoy door kardinaal Richelieu (1585-1642) en Lodewijk XIII (1601-1643) in Parijs uitgenodigd. du Quesnoy krijgt de positie van directeur van het departement beeldhouwkunst in de nog op te richten Académie Royale de Peinture et de Sculpture aangeboden. Pas in 1643 maakt du Quesnoy aanstalten om naar Parijs af te reizen, onder meer omdat hij door de Spaanse autoriteiten het verbod krijgt om voor de koning van Frankrijk te werken.

1642

Antonius Triest (1576-1657), bisschop van Gent, bestelt bij du Quesnoy een grafmonument voor de Gentse Sint-Baafskathedraal, maar de kunstenaar weigert de opdracht omwille van zijn aanstaande reis naar Frankrijk. Duquesnoy maakt evenwel enkele terracotta modellen voor putti. Het monument wordt later door zijn broer Jerôme du Quesnoy II (1602-1654) gemaakt.

19 JULI 1643

De kunstenaar reist samen met zijn broer Jerôme naar Frankrijk. François du Quesnoy wordt onderweg ziek en overlijdt in Livorno.

 

Matthias Depoorter

 

CC BY (Creative Commons 4.0)

Jerôme Duquesnoy II

Birth 1602
- Death September 28 1654
Jerôme Duquesnoy II
Biography

Jerôme Duquesnoy II is een in Brussel geboren beeldhouwer en architect, die stamt uit een kunstenaarsfamilie. Zijn vader en leermeester is de beeldhouwer Hieronymus Duquesnoy I (Circa 1570-1641-1642). Duquesnoy is de broer van de beeldhouwer François du Quesnoy (1597-1643).

Jerôme is een bijzonder onderlegd vakman, maar blijft altijd in de schaduw van zijn broer François staan, die een oorspronkelijker en invloedrijker kunstenaar is. Jerôme ent zijn kunst op die van zijn oudere broer. De kunst van Duquesnoy is over het algemeen openlijk classicistisch: sober, met een gevoelig realisme en gecontroleerde expressie. Jerôme Duquesnoy is een succesvol beeldhouwer die uitblinkt in de portretkunst.

Het hoogtepunt op het einde van zijn carrière is een gesamtkunstwerk: het Grafmonument van bisschop Antonius Triest (1576-1657) in het koor van de Sint-Baafskathedraal in Gent. De kunstenaar ontwerpt een architecturale setting van wit en zwart marmer. Hij introduceert in de Zuidelijke Nederlanden het Italiaanse voorbeeld waarbij de beeltenis van de overledene het focuspunt van een allegorische setting is. Duquesnoy leent vrijelijk bij zijn broer, Michelangelo (1475-1564) en Bartolomeo Ammannati (1511-1592).

 

1602

Jerôme Duquesnoy II wordt geboren in Brussel.

1618

Duquesnoy trekt met zijn broer François naar Rome. Naar verluidt gaan de broers na onenigheid uit elkaar.

VOOR 1640

Duquesnoy werkt in deze periode voornamelijk in Spanje en Portugal.

TUSSEN 1641 EN 1643

Na een verblijf van 6 maanden in Toscane is Duquesnoy aanwezig in Rome. Ter plaatse heeft hij contact met zijn broer François du Quesnoy. Jerôme vergezelt zijn broer op een trip naar Parijs, waar François du Quesnoy directeur van het departement beeldhouwkunst in de nog op te richten Académie Royale de Peinture et de Sculpture kan worden. François wordt onderweg ziek en overlijdt in Livorno op 19 juli 1643.

Jerôme keert terug naar Brussel en neemt onder andere modellen en tekeningen uit de studio van zijn broer mee.

1644

De raad van Brabant vergoedt Duquesnoy voor een Heilige Thomas bestemd voor de kathedraal van Sint-Michiel en Sint-Goedele in Brussel.

1645

Duquesnoy wordt genoemd als rechterhand van architect Jacob Francart (1583-1651). In 1649 tekent hij het plan voor de Onze-Lieve-Vrouwekapel in de kathedraal van Sint-Michiel en Sint-Goedele en leidt de bouw.

1646

Duquesnoy werkt nog 3 apostelbeelden voor de kathedraal van Sint-Michiel en Sint-Goedele in Brussel af.

NA 1646

Beelden van de Heilige Filip en de Heilige Matthias worden gemaakt voor de Onze-Lieve-Vrouw-ter-Kapellekerk in Brussel.

1651

Architect Jacob Francart sterft. Het gevolg voor Duquesnoy is dat hij in Brussel voortaan als "architecte, statuaire et sculpteur de la Cour" door het leven gaat. In dat opzicht vervaardigt Duquesnoy meerdere portretten van landvoogd Leopold Wilhelm (1614-1662). (Kunsthistorisches Museum, Wenen)

Een contract voor het grafmonument van bisschop Antonius Triest (1576-1657) in het koor van de Sint-Baafskathedraal in Gent wordt opgesteld. Reeds in 1642 klopt Antonius Triest aan bij François du Quesnoy, maar de kunstenaar weigert de opdracht omwille van zijn aanstaande reis naar Frankrijk. François du Quesnoy maakt evenwel enkele terracotta modellen voor putti. Hoewel het nieuwe contract de modellen niet vermeldt, nam Jerôme de ontwerpen van zijn broer over.

NA 1651

De marmeren Heilige Ursula, een opdracht van de familie Thurn und Taxis, wordt in de Onze-Lieve-Vrouw-ter-Zavelkerk in Brussel geplaatst.

1654

Duquesnoy woont in Gent om het graf van Antonius Triest af te werken.

28 SEPTEMBER 1654

Jerôme Duquesnoy II sterft in Gent. Op beschuldiging van sodomie wordt Duquesnoy's leven beëindigd.

 

Matthias Depoorter

 

CC BY (Creative Commons 4.0)

Adriaen Brouwer

Birth 1605 – 1606
- Death 1638
Adriaen Brouwer
Biography

Adriaen Brouwer is een schilder en een tekenaar afkomstig uit de Zuidelijke Nederlanden. Brouwer is zowel in de Noordelijke als de Zuidelijke Nederlanden actief. Over zijn leven is bijzonder weinig geweten. Hij maakt veel schulden, maar is ook een lid van de Antwerpse rederijkerskamer De Violieren. Weinig werken zijn gesigneerd, geen enkel is gedateerd. Brouwers oeuvre bestaat uit slechts een 60-tal schilderijen die bijna alle klein van formaat zijn.

Brouwer geniet vooral bekendheid als genreschilder. Boerenstukken met kaartspelers, rokers, brassers en vechters in herbergen vormen zijn handelsmerk. Deze stukken met gewone mensen hebben een moralistische grond en bevatten verwijzingen naar moralistische literatuur of duiden zelfs mogelijk op een neostoïcijnse demarche. In dat laatste geval zijn de vele gradaties van kwaadheid in Brouwers oeuvre een vorm van een tekort aan stoïcisme.

Brouwer is onder anderen door Dirck Hals (1591-1656) in Haarlem beïnvloed. Rond 1630 valt Brouwers kenmerkend palet van bruinen, grijzen en groenen op. Setting en figuren vormen een eenheid. De kunstenaar voert personages met expressieve en dramatische gezichtsuitdrukkingen ten tonele. Ze balanceren op de rand van het karikaturale. Uitgekiende aandacht gaat uit naar de interieurs.

Brouwer heeft een kenmerkende vrije, schetsachtige manier van schilderen waarbij hij de verf dun aanbrengt. De kunstenaar schildert naast de boerenstukken ook enkele late landschappen. Ze ogen atmosferisch en zijn eveneens met een losse toets geschilderd.

Adriaen Brouwer heeft een grote invloed op zijn tijdgenoten in Antwerpen en Haarlem. Een van die navolgers is David Teniers II (1610-1690). Zowel Rubens als Rembrandt prijzen zijn werk. Rubens heeft 17 werken van de kunstenaar in zijn bezit.

 

1605-1606

Adriaen Brouwer wordt mogelijk in Oudenaarde geboren.

1622

Brouwer is werkzaam in Antwerpen.

MAART 1625

Adriaen Brouwer houdt zich op in Amsterdam. Hij verblijft in de herberg van de schilder Barent van Someren (Circa 1572-1632).

1626

Adriaen Brouwer woont en werkt in deze periode mogelijk in Haarlem. Hij wordt "beminnaer" van de rederijkerskamer De Wijngaertranken in Haarlem. Het motto van deze amateuristische literaire cirkel luidt: In Liefde Boven Al.

Op 23 juli wordt hij genoemd in een akte waarin hij als getuige een verklaring van Barend van Someren en Adriaen van Nieulandt over een verkoop van schilderijen ondertekent.

1631-1632

Brouwer verkrijgt het vrijmeesterschap in het Antwerpse Sint-Lucasgilde. De kunstenaar blijft tot aan zijn vroegtijdige dood in Antwerpen. Meerdere keren duikt de kunstenaar op in de stedelijke documenten. Veelal gaat het om schulden die hij maakt.

1633

Mogelijk omwille van belastingontduiking, of omwille van politieke redenen, wordt Brouwer opgesloten.

1634

Brouwer is vrij en woont in het huis van de graveur Paulus Pontius en wordt lid van de Antwerpse rederijkerskamer De Violieren.

1635

Jan-Baptist Dandoy (Actief 1631-1638) wordt geregistreerd als leerling. Hij is de enige leerling die officieel met Brouwer in verband kan worden gebracht.

JANUARI 1638

Adriaen Brouwer overlijdt in Antwerpen en wordt op 1 februari in de Karmelietenkerk begraven.

 

Matthias Depoorter

 

CC BY (Creative Commons 4.0)

Jan Wildens

Birth 1685 – 1686
- Death October 16 1653
Jan Wildens
Biography

Jan Wildens is een Antwerpse schilder en tekenaar die in de eerste plaats bekendheid geniet als een bekwaam landschapsschilder. Hij is een leerling van Pieter van der (I) Hulst (1565/70-1627/28), van wie geen werk overgeleverd is.

In de periode die aan Wildens' Italiëreis voorafgaat (voor 1614), wordt de schilder op compositorisch vlak beïnvloed door uiteenlopende meesters als Gillis van (III) Coninxloo (1544-1606), Jan (I) Brueghel (1568-1627), Joos de (II) Momper (1564-1635) en Adriaen van Stalbemt (1580-1662).

Eens in Italië wordt Wildens geïnspireerd door het realisme en het oog voor detail in de kunst van Paul Bril (1553/54-1626). Hij zal tijdens zijn hele carrière trouw blijven aan zijn oudste invloeden. Het aspect van de dynamische hoogbarok van Peter Paul Rubens (1577-1640) neemt hij overigens nooit over. Symmetrisch opgebouwde composities, een zacht coloriet en een vredig karakter zijn kenmerken van Wildens' uitgebalanceerde kunst. Een treffend voorbeeld van zijn idyllische landschappen met monumentaal grote bomen is Wildens' schilderij Landschap met dansende herders (KMSKA, Antwerpen).

Na 1640 zal Wildens de eerder schetsmatige aanpak en het vibrerende, atmosferische licht dat Rubens in zijn eigen late landschappen aanwendt, gebruiken. Hij verhoogt ook de dramatiek.

Het respect van de tijdgenoten voor het metier van Wildens blijkt uit de vele gevallen van samenwerking. Wildens verzorgt landschappelijke achtergronden in de werken van kunstenaars zoals Abraham Janssens (Circa 1575-1632), Rubens, Frans Snijders (1579-1657), Gerard Seghers (1591-1651), Jacob Jordaens (1593-1678), Paul de Vos (1595-1678), Theodoor Rombouts (1597-1637), Cornelis Schut (1597-1655) en Jan Boeckhorst (Circa 1604-1668).

 

1585-1586

Jan Wildens wordt in Antwerpen geboren.

1596

Wildens wordt als leerling bij Pieter van der (I) Hulst ingeschreven.

1604

De kunstenaar wordt vrijmeester in het Sint-Lucasgilde in Antwerpen.

22 mei 1613

In zijn wilsverklaring vermeldt Wildens dat hij op dat moment 27 jaar is.

Na 1614

Wildens verblijft op het Italisch schiereiland.

Circa 1615-1616

Een serie van 12 landschappen die de 12 maanden bestrijken ontstaat in deze periode. De werken worden ook in prentvorm gepubliceerd. (Palazzo Bianco, Genua)

1616-1618

De kunstenaar is terug in Antwerpen. Wildens' hand is geïdentificeerd in de kartons voor Rubens' tapijtenreeks rond Decius Mus. Hij is verantwoordelijk voor de landschappen in de achtergrond. Wildens steekt een handje toe bij verschillende schilderijen van Rubens: Diana en haar nimfen maken zich op voor de jacht (Cleveland Museum of Art, Cleveland), Cimon en Ifigenia (Kunsthistorisches Museum, Wenen), De roof van de dochters van Leucippus (Alte Pinakothek, München), Samson en de leeuw (Privécollectie, Madrid).

14 maart 1617

Sir Dudley Carlton schrijft aan John Cage dat hij het betreurt dat bij het bezoek van Cage aan Antwerpen in september 1616, hij hem niet aan een bijzondere landschapsschilder kon voorstellen. Men neemt aan dat Carlton doelt op Jan Wildens.

12 november 1619

Marie Stappaert en Jan Wildens trouwen in de Antwerpse Onze-Lieve-Vrouwekathedraal. Rubens is getuige van het huwelijk. Het echtpaar krijgt 2 kinderen die beide schilder worden: Jan Baptist (1620-1637) en Jeremias (1621-1653), die in 1646-47 vrijmeester in het Sint-Lucasgilde wordt.

1624

Wildens schildert Winterlandschap met een jager (Gemäldegalerie, Dresden).

De kunstenaar opent een galerie die succes kent en die later door zijn zoon Jeremias Wildens overgenomen wordt.

1631

Het schilderij Landschap met dansende herders wordt door de kunstenaar vervaardigd (KMSKA, Antwerpen).

1640

Peter Paul Rubens sterft in Antwerpen. Jan Wildens treedt op als testamentair uitvoerder.

16 oktober 1653

Jan Wildens sterft in Antwerpen.

 

Matthias Depoorter

 

CC BY (Creative Commons 4.0)

Theodoor van Thulden

Birth August 9 1606
- Death July 12 1669
Theodoor van Thulden
Biography

Theodoor van Thulden is een uit de Noordelijke Nederlanden ingeweken Antwerpse schilder, tekenaar en prentkunstenaar. Hij vervaardigt in hoofdzaak historiestukken en mythologische en door literatuur beïnvloede kunstwerken. De invloeden die hij opdoet in de Zuidelijke Nederlanden introduceert hij vervolgens in de Noordelijke Nederlanden. Hij is een getalenteerde en succesvolle kunstenaar en een van de beste decoratieve schilders van zijn tijd.

Van Thulden staat sterk onder de invloed van Peter Paul Rubens (1577-1640) wiens stijl hij kopieert en aan wie hij motieven ontleent. Niet zelden zijn de Rubensiaanse ontleningen stereotiep. Dat van Thulden in het atelier van Rubens werkt, is geen bewezen zaak. In het begin van zijn carrière is de kunstenaar door het maniërisme beïnvloed. Hij maakt onder meer etsen naar de werken van Francesco Primaticcio (1504-1570) en Nicolò dell'Abate (Circa 1509-1571) in Fontainebleau.

Van Thuldens kunst wordt eleganter en evolueert doorheen de tijd naar het classicisme. Niettegenstaande zijn succes - hij wordt zowel in 1639 als in 1640 tot deken van het Antwerpse Sint-Lucasgilde gekozen -, krijgt van Thulden financiële problemen. Tegen 1644 is hij terug in zijn geboortestad ‘s-Hertogenbosch. Pas in die late periode van zijn loopbaan zwakken de invloed van het maniërisme en van Rubens af, en vindt de kunstenaar een meer persoonlijk elan. Van Thulden verkent het portretgenre en maakt groepsportretten van families van aanzien. Op dit moment ontstaan ook politiek geladen allegorieën, onder andere voor het stadhuis van 's-Hertogenbosch. Ook kerken in de Zuidelijke Nederlanden kloppen bij hem aan voor altaarstukken.

 

9 augustus 1606

Theodoor van Thulden wordt in ‘s-Hertogenbosch geboren.

1621-22

In deze periode is van Thulden een leerling van portretschilder Abraham Blyenberch (Actief 1617-1623) in Antwerpen.

1626

Van Thulden verkrijgt het vrijmeesterschap in het Sint-Lucasgilde van Antwerpen.

1631-1633

De schilder verblijft in Parijs en schildert een serie van 19 doeken rond het leven van Sint-Johannes van Matha voor de kerk van de Trinitariërs. De serie is overgeleverd via de etsen in het boek Revelatio ordinis SSmae Trinitatis dat in 1633 in Parijs wordt uitgegeven.
Van Thulden kopieert de decoraties van Francesco Primaticcio en Nicolò dell'Abate in de Galerie d'Ulysse in Fontainbleau. De galerij wordt in de achttiende eeuw vernield, waardoor van Thuldens kopieerwerk een belangrijke bron is. De etsreeks Les Travaux d'Ulysse wordt in 1633 in Parijs uitgegeven.

24 juli 1635

Theodoor van Thulden trouwt met Maria van Balen. Maria is de dochter van schilder Hendrick van Balen I (1573-1632) en petekind van Peter Paul Rubens.

1635

Voor de Pompa Introitus Ferdinandi, het herinneringsboek van de Blijde Intrede van kardinaal-infant Ferdinand in Antwerpen in 1635, vervaardigt van Thulden gravures naar ontwerpen van Rubens. De gravures worden pas in 1642 uitgegeven. De schilderijen die hij voor deze gelegenheid maakt, gaan verloren.

1636

Van Thulden wordt ingeschreven als een burger van de stad Antwerpen.

1636-1638

Samen met andere kunstenaars werkt van Thulden, naar olieverfschetsen van Rubens, aan de mythologische decoratie van het jachtpaviljoen Torre de la Parada van Filips IV nabij Madrid. Hij schildert twee werken naar schetsen van Rubens.

1637-1640

Van Thulden is in deze periode werkzaam in Antwerpen.

1639 en 1640

In deze jaren wordt de kunstenaar verkozen tot deken van het Sint-Lucasgilde in Antwerpen.

Circa 1640

In de jaren 1640 maakt van Thulden voor zijn geboortestad 's-Hertogenbosch politieke allegorieën en werken van religieuze aard.
De financiële situatie van de kunstenaar oogt niet rooskleurig en verplicht hem om terug te keren naar 's-Hertogenbosch.

1644-1669

Van Thulden verblijft tot aan zijn dood in 's-Hertogenbosch.

1646

Van Thulden schildert Maagd van Holland en Gerechtigheid (Stadhuis, 's-Hertogenbosch) en Perseus en Andromeda (Musée des Beaux-Arts, Nancy).

1647

De Trinitariërs in Parijs doen opnieuw een beroep op van Thulden. Men vraagt hem drie doeken voor het hoogaltaar te schilderen. (Musée de Grenoble, Grenoble; Musée des Beaux-Arts, Angers; Notre-Dame-de-la-Couture, Le Mans)

1648-1651

Voor de Oranjezaal in Huis ten Bosch (omgeving van Den Haag) schildert van Thulden 6 grote allegorische verheerlijkingen van het Huis van Oranje. Hij is er aanwezig samen met Jacob Jordaens I (1593-1678) en andere kunstenaars uit Antwerpen.

1656-1663

Glaskunstenaar Jean de Labarre (1603-1668) krijgt van van Thulden kartons om drie grote glasvensters voor de Onze-Lieve-Vrouwekapel in de Kathedraal van Sint-Michiel en Sint-Goedele in Brussel te vervaardigen.

Juni 1655

Van Thulden wordt de voogd van schilder Hendrick van Balen II (1623-1661).

12 juli 1669

Theodoor van Thulden sterft in 's-Hertogenbosch.

 

Matthias Depoorter

 

CC BY (Creative Commons 4.0)

Jan van den Hoecke

Birth July 1611
- Death 1651
Jan van den Hoecke
Biography

Jan van den Hoecke is een Antwerpse schilder, tekenaar en ontwerper van wandtapijten. Mogelijk krijgt hij zijn eerste lessen van zijn vader Caspar van der Hoecke II (1595-1648). In het begin van zijn carrière is van den Hoecke een leerling van Peter Paul Rubens (1577-1640). Stilistisch is hij verwant met de grootmeester. Van den Hoecke zal de verworvenheden van de kunst van Rubens verbinden met het zeventiende-eeuwse Italiaanse classicisme.

Men neemt aan dat de schilder de antieken in Italië bestudeert. Hij wordt er ook door verschillende contemporaine kunstenaars beïnvloed. Belangrijk is in dit verband de invloed van Guido Reni (1575-1642) met zijn geïdealiseerde figuren. Van den Hoecke is de hofschilder van gouverneur Leopold Wilhelm (1614-1662) die hem kopieën naar het werk van Reni laat vervaardigen. Ook de oeuvres van Domenichino (1581-1641), Nicolas Poussin (1594-1665) en Andrea Sacchi (1599-1661) zijn een inspiratiebron voor de Antwerpenaar.
Zijn belangrijkste en omvangrijkste opdracht is het ontwerp van een serie van 12 wandtapijten voor Leopold-Wilhelm omstreeks 1650. Van den Hoecke krijgt de hulp van andere kunstenaars die bepaalde figuren en stillevenmotieven voor hun rekening nemen.

Op het laatste van zijn carrière wordt van den Hoecke beïnvloed door Anthony van Dyck (1599-1641), wat blijkt uit een werk als Heilige Franciscus van Assisi aanbidt het kind Jezus (KMSKA, Antwerpen).

 

Juli 1611

Jan van den Hoecke wordt geboren in Antwerpen.

Circa 1630

De kunstenaar werkt samen met Peter Paul Rubens.

1635

Van den Hoecke werkt samen met zijn vader en andere kunstenaars aan de decoraties van de Blijde Intrede van kardinaal-infant Ferdinand (1609-1641) (Pompa Introitus Ferdinandi) in Antwerpen, naar ontwerpen van Rubens.

Circa 1637-1644

Van den Hoecke verblijft op het Italisch schiereiland. In 1644 wordt de kunstenaar lid van de selecte club Virtuosi al Pantheon.

1644-1647

De kunstenaar houdt zich op in Wenen en werkt voor het Habsburgse hof.

1647-1650

Van den Hoecke keert terug naar de Zuidelijke Nederlanden. Hij wordt hofschilder van aartshertog Leopold Wilhelm, gouverneur van de Zuidelijke Nederlanden en maakt meerdere portretten van zijn broodheer.

Circa 1650

Voor gouverneur Leopold Wilhelm ontwerpt van den Hoecke de kartons voor een serie van 12 wandtapijten rond het motief van de vanitas. Meerdere kunstenaars werken aan de serie. (Zie bijvoorbeeld het karton voor de maanden maart en april, Kunsthistorisches Museum, Wenen)

1651

Jan van den Hoecke sterft in Antwerpen.

 

Matthias Depoorter

 

CC BY (Creative Commons 4.0)

Jan Erasmus Quellinus

Birth 1634
- Death March 11 1715
Jan Erasmus Quellinus
Biography

Jan Erasmus Quellinus is een Antwerpse schilder en tekenaar en stamt uit een kunstenaarsfamilie. Hij is de zoon van de kunstenaar Erasmus Quellinus II (1607-1678) die hem onderricht in het schildersvak. De fysionomie van zijn figuren gaat terug op het oeuvre van zijn vader. Quellinus zet het classicisme van zijn vader verder, maar voegt er een aan Paolo Veronese (1528-1588) ontleende grootsheid en allerlei levendige details aan toe. Opmerkelijk in dat verband is het verwerken van Palladiaanse architecturale elementen in zijn schilderijen. Terwijl zijn vader nooit in Italië is geweest, trekt Jan Erasmus Quellinus wel naar het Italisch schiereiland. Hij kopieert er onder meer het werk van Veronese.

De schilder vervaardigt een groot aantal monumentale altaarstukken en andere religieuze werken voor abdijen en kloosters in Brabant. Quellinus kent een succesvolle carrière.

 

1634

Jan Erasmus Quellinus wordt in Antwerpen geboren.

CIRCA 1649

Quellinus wordt door zijn vader opgeleid.

CIRCA 1657-1659

De kunstenaar verblijft in Rome.

CIRCA 1660-1661

Quellinus verblijft in Venetië. Een duidelijke aanwijzing hiervoor wordt geleverd door de tekening Madonna met heiligen, in de stijl van Veronese (Museum Boijmans van Beuningen, Rotterdam). De inscriptie op de tekening luidt: J.E. Quellinus F. invenetia AN 1660.
In Rome vervoegt Quellinus het Schildersbent, een groepering bestaande uit kunstenaars uit het noorden. Hij krijgt er de bijnaam Cederboom.

De kunstenaar wordt vrijmeester in het Antwerpse Sint-Lucasgilde.

1662

Cornelia Teniers, de dochter van schilder David Teniers II (1610-1690), en Jan Erasmus Quellinus worden in de echt verbonden.

1672

Quellinus ontvangt een opdracht voor schilderijen bestemd voor de Antwerpse Sint-Michielsabdij. Een van de vier overgeleverde werken is De bron van Bethesda uit de collectie van het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten in Antwerpen.

CIRCA 1680

Quellinus verblijft in Wenen en werkt voor het Habsburgse hof. Hij wordt hofschilder van keizer Leopold I. De kunstenaar maakt onder andere 15 plafondschilderingen rond het leven van Karel V. (Kunsthistorisches Museum, Wenen)

1685

Mirakel van de heilige Hugo van Lincoln wordt in dit jaar vervaardigd (KMSKA, Antwerpen).

1689

Quellinus maakt het schilderij de Geboorte (KMSKA, Antwerpen).

1702

Het schilderij De Heilige Franciscus-Xavier voor de keizer van Japan ontstaat in dit jaar. (Onze-Lieve-Vrouw-Sint-Pieterskerk, Gent).

1712-1715

De kunstenaar verblijft in Mechelen.

11 MAART 1715

Jan Erasmus Quellinus overlijdt in Mechelen.

 

Matthias Depoorter

 

CC BY (Creative Commons 4.0)

Abraham van Diepenbeeck

Birth 1596
- Death December 31 1675
Abraham van Diepenbeeck
Biography

Abraham van Diepenbeeck is de zoon van een glasschilder, een vak dat van Diepenbeeck van zijn vader leert. Van Diepenbeeck ontwerpt in hoofdzaak glasramen, en prenten voor boeken en tapijten. Voor tal van Antwerpse kerken en kloosters ontwerpt hij glasramen. De productieve van Diepenbeeck staat bekend om zijn vele ontwerptekeningen en olieverfschetsen. Prenten die de kunstenaar ontwerpt, worden door belangrijke uitgeverijen zoals Van Meurs en Plantin-Moretus uitgegeven. Een van de hoogtepunten, wat zijn ontwerpen van prenten betreft, is de serie voor Temple des muses uit de late jaren 1630.

Van Diepenbeeck is een eclecticus en verwerkt motieven en stilistische elementen van andere kunstenaars in zijn werken. De kunstenaar staat voor 1640 in direct contact met het atelier van Peter Paul Rubens (1577-1640), een invloed die duidelijk blijkt uit zijn werk. Rubens doet beroep op de kunstenaar om sommige van zijn ideeën naar prenten te vertalen of om kopieën van werk van andere kunstenaars, zoals Francesco Primaticcio (1504-1570) en Nicolò dell'Abate (Circa 1509-1571) in Parijs en Fontainebleau, te vervaardigen. Men vermoedt dat van Diepenbeeck ook helpt bij de totstandkoming van schilderkunstige series van Rubens.

In de jaren 1630 waagt van Diepenbeeck zich in beperkte mate aan monumentaal schilderwerk. Na 1640 bemerkt men de invloed van Anthony van Dyck (1599-1641) in de expressievere houdingen en gezichtsuitdrukkingen.

 

9 MEI 1596

Abraham van Diepenbeeck wordt geboren in 's-Hertogenbosch.

1622-1623

Van Diepenbeeck wordt als meesterglasschilder in het Sint-Lucasgilde van Antwerpen opgenomen.

1626-1627

Er zijn sterke vermoedens dat van Diepenbeeck samen met het Rubensatelier helpt aan de kartons voor de tapijtreeks De verheerlijking van de eucharistie.

1627

Van Diepenbeeck volgt de instructies van Rubens bij het maken van een ontwerptekening voor de Vitae Patrum van Heribertus Rosweyde (gepubliceerd door Plantin-Moretus).

CIRCA 1632

Rubens vraagt aan Abraham van Diepenbeeck om tekeningen te maken naar fresco's van Francesco Primaticcio (1504-1570) en Nicolò dell'Abate (Circa 1509-1571) in Parijs en Fontainebleau.

4 JANUARI 1636

De kunstenaar wordt als poorter van de stad Antwerpen ingeschreven.

1636

Van Diepenbeeck maakt een ontwerptekening voor de prent Neptunus en Minerva, en baseert zich hiervoor op materiaal van Rubens.

JUNI 1637

Catharina Heuvick en Abraham van Diepenbeeck worden in de echt verbonden. Het koppel krijgt acht kinderen.

1638

Van Diepenbeeck verkrijgt het vrijmeesterschap in het Antwerpse Sint-Lucasgilde.

CIRCA 1640-1650

Van Diepenbeeck schildert De Heilige Waltman gekroond tot abt van Sint-Michiels in Antwerpen (Sint-Fredeganduskerk, Deurne).

1641

De kunstenaar wordt deken van het Antwerpse Sint-Lucasgilde.

1648

In dit jaar krijgt van Diepenbeeck de opdracht om schetsen te maken voor een serie monumentale schilderijen rond het leven van Psyche. De serie wordt door andere schilders uit Antwerpen uitgevoerd voor het Paleis Honselaarsdijk (Nederland) van stadhouder prins Frederik Hendrik van Oranje (1584-1647). Begin negentiende eeuw is het paleis grotendeels gesloopt. De schilderijen zijn niet overgeleverd.

13 MEI 1652

Van Diepenbeeck trouwt na de dood van zijn eerste vrouw met Anne van der Dort, met wie hij vier kinderen krijgt.

NA 1660

In de laatste helft van zijn leven richt de kunstenaar zich bijna exclusief op ontwerpen voor boeken en tapijten.

31 DECEMBER 1675

Abraham van Diepenbeeck sterft in Antwerpen.

 

Matthias Depoorter

 

CC BY (Creative Commons 4.0)

Daniël Seghers

Birth December 3 1590
- Death November 2 1661
Daniël Seghers
Biography

De jezuïet Daniël Seghers is een schilder die het grootste deel van zijn leven in Antwerpen werkzaam is. Hij is een leerling van Jan Brueghel I (1568-1625) en staat in hoofdzaak bekend omwille van zijn bloemstukken.

Daniël Seghers is gespecialiseerd in het vervaardigen van guirlandes en festoenen opgebouwd uit bloemen, die als een frame rond devotionele taferelen, al dan niet in niches of in medaillons, worden geplaatst. De devotionele taferelen zijn voor rekening van andere kunstenaars, onder wie schilders als Peter Paul Rubens (1577-1640), Erasmus Quellinus II (1607-1678) en Abraham van Diepenbeeck (1596-1675). Daarnaast schildert Seghers ook bloemenvazen.

Er is sprake van symbolische overeenkomsten tussen het soort bloemen en de religieuze taferelen, met name wat de heiligen betreft. Stilistisch is er in het begin de duidelijke invloed van Jan Brueghel I. Vanaf 1630 streeft Seghers naar een levendiger schildering van bloemen in natuurlijker ogende arrangementen. Seghers' bloemen lichten op tegen de donkere achtergrond en hebben een sculpturaal karakter. Bloeitijden worden, net als bij Brueghel, niet gerespecteerd.

In het werk van Seghers kan men de contrareformatorische boodschap van de jezuïetenorde aflezen. Naast de duidelijke betekenis van de devotionele taferelen moeten de bloemen de contemplatie van de gelovige aanwakkeren.

Seghers schildert voor een internationaal cliënteel: zowel belangrijke geestelijken als wereldse machthebbers behoren tot zijn klantenbestand. Het werk van Daniël Seghers krijgt veel navolging.

 

3 december 1590

Daniël Seghers wordt geboren in Antwerpen.

Circa 1601

Seghers' vader Pierre sterft. De jonge Seghers verhuist samen met zijn moeder naar het noorden, waarschijnlijk naar Utrecht. Dit omwille van de bekering van Seghers' moeder tot het calvinisme.

1605-1609

Seghers is werkzaam in Utrecht.

1609

De kunstenaar is werkzaam in Antwerpen.

1611

Seghers wordt vrijmeester in het Antwerpse Sint-Lucasgilde.

1614

Na zich bekeerd te hebben tot het katholicisme vervoegt de kunstenaar als lekenbroeder de orde van de jezuïeten in Mechelen.

1621

Daniël Seghers is schilder aan het Collège de Bruxelles en schildert twee grote bloemenguirlandes voor de Kathedraal van Sint-Michiel en Sint-Goedele.

1625

De kunstenaar legt de geloften af als priester. Hij zal vanaf nu zijn werken signeren met Daniel Seghers Societatis Jesu.

1625-1627

Seghers is in deze periode aanwezig in Rome. De kunstenaar werkt samen met Nicolas Poussin (1594-1665) aan enkele religieuze schilderijen.
Voor kardinaal Ludovisi schildert Seghers een bloemenguirlande die vervolledigd wordt door putti van de hand van de schilder Domenichino (1581-1641).

1627

De kunstenaar is terug in Antwerpen.

1649

Karel II, koning van Engeland, bezoekt Seghers in zijn studio in Antwerpen.

2 november 1661

Daniël Seghers overlijdt in Antwerpen.

 

Matthias Depoorter

 

CC BY (Creative Commons 4.0)

Jan Janssens

Birth August 7 1590
- Death circa 1650
Jan Janssens
Biography

Jan Janssens is een Gentse schilder en tekenaar. Hij is de succesvolste van de zogenaamde Gentse caravaggisten. Tussen 1619 en 1620 verblijft Janssens in Rome waar hij het zogenaamde Utrechtse caravaggisme van Hendrik ter Brugghen (1588-1629), Gerard van Honthorst (1592-1656) en Dirck van Baburen (1594/95-1624) leert kennen. Hij wordt er ook beïnvloed door het werk van Bartolomeo Manfredi (Ca. 1582-1622). Janssens brengt de caravaggistische stijl mee naar Gent, waar hij tegemoet komt aan de vraag naar altaarstukken. Nu en dan vervaardigt Janssens schilderijen voor een internationaal cliënteel.

Janssens schildert voornamelijk bijbelse thema's op groot formaat. Favoriete thema's zijn de doornenkroning en de geseling van Christus. Met zijn meedogenloos en sober realisme en dramatische effecten met verborgen licht dat op zijn figuren schijnt, beantwoordt Janssens aan de voorschriften van de contrareformatie. Men spreekt over de emotionele impact van zijn schilderijen.

Er is weinig geweten over deze miskende kunstenaar. Men dacht lang dat hij een zogenaamd commercieel kunstenaar was. Redenen hiervoor zijn enerzijds de schaarste van de bronnen en de werken, anderzijds omwille van de vele kopieën en replieken die in omloop zijn. Een van zijn meesterwerken is De marteling van de Heilige Barbara (In werkelijkheid gaat het om de Heilige Agatha). (Sint-Michielskerk, Gent)

 

7 AUGUSTUS 1590

Jan Janssens wordt geboren in Gent.

1619-1620

De kunstenaar is werkzaam in Rome.

1621

Janssens is actief in Gent. In 1621 wordt hij vrijmeester in het Gentse schildersgilde. In dat jaar schildert hij De Heilige Hiëronymus, een epitaaf voor het graf van zijn vader Johannes Govaert Janssens. (Sint-Niklaaskerk, Gent)

29 AUGUSTUS 1623

Petronilla de Rop en Jan Janssens worden in de echt verbonden. Het echtpaar krijgt 6 kinderen.

1626

De Broederschap van het Heilig Kruis bestelt een werk voor de Sint-Michielskerk in Gent, maar uiteindelijk is het Abraham (I) Janssens (1567-1632) uit Antwerpen die het werk levert.

1627

Janssens schildert De doornenkroning van Christus voor de Onze-Lieve-Vrouw Sint-Pieterskerk in Gent.

1634 - 1635

In deze jaren bekleedt Janssens de functie van deken van het Gentse schildersgilde.

1636

De schepenen van Doornik vragen Janssens om te getuigen in een fraudezaak rond raapzaadolie die voor lijnolie verkocht is.

1640

In dit jaar krijgt Janssens de opdracht van de Broederschap van Onze-Lieve-Vrouw ter Radiën om een werk voor de Gentse Sint-Baafskathedraal te maken. In 1644 wordt het schilderij geleverd, niet door Janssens, maar door Nicolaas Liemaker (1601-1646).

1646

Janssens is deken van het Gentse schildersgilde.

CIRCA 1650

Jan Janssens overlijdt in Gent. Zijn huis De Pijl wordt verkocht.

 

Matthias Depoorter

 

CC BY (Creative Commons 4.0)