Op 20 juni 1617 overleed de Antwerpse koopman Jan Michielssen en hij werd begraven in de Onze-Lieve-Vrouwekerk. Hetzelfde jaar nog bestelde zijn weduwe, Maria Maes, bij Rubens een triptiek ter versiering van het grafmonument van haar man en zichzelf.
Het middenpaneel toont de dode Christus omgeven door Jozef van Arimathea, Maria, Johannes en Maria Magdalena. Maria heft de lijkwade op en slaat de ogen ten hemel. Op de luiken aan weerszijden van dit tafereel zijn niet de donateurs afgebeeld, maar wel hun patroonheiligen: Maria en Johannes de Evangelist. Op de buitenluiken ziet men, afgebeeld in grisaille als in steen gebeeldhouwde figuren ten voeten uit, 'Christus als Salvator Mundi' met 'Maria met het Kind'. In deze context fungeren ze als voorsprekers die ervoor moeten zorgen dat de overledenen tot het Rijk Gods worden toegelaten.
De triptiek werd naar Parijs overgebracht in 1794, maar kwam terug naar Antwerpen in 1815.
(Bron: www.rubensonline.be)